1. afschaduwing
  2. afschaffer
  3. afschaffing
  4. afschakel
  5. afschakelbaar
  6. afscheid
  7. afscheidbaar
  8. afscheider
  9. afscheiding
  10. afscheidsel
  11. afscheper
  12. afscherm
  13. afscherming
  14. afscheuring
  15. afschil
  16. afschilder
  17. afschildering
  18. afschilfering
  19. afschot
  20. afschraapsel
  21. afschraper
  22. afschrift
  23. afschrik
  24. afschrikking
  25. afschrikmiddel
  26. afschrikwekkend
  27. afschroef
  28. afschroefbaar
  29. afschrijf
  30. afschrijver
  31. afschrijving
  32. afschuimer
  33. afschuining
  34. afschuiving
  35. afschutting
  36. afschuwelijk
  37. afschuwelijkheid
  38. afschuwwekkend
  39. afschijnsel
  40. afslag
  41. afslager
  42. afslank
  43. afslanking
  44. afsluit
  45. afsluitbaar
  46. afsluiter
  47. afsluiting
  48. afsmeer
  49. afsmelt
  50. afsnijding
  51. afsnijdsel
  52. afsnijfrequentie
  53. afsnijsel
  54. afspanning
  55. afspeel
  56. afspiegeling
  57. afsplitsing
  58. afspoeling
  59. afspraak
  60. afspring
  61. afstammeling
  62. afstamming
  63. afstand
  64. afstandelijk
  65. afstandelijkheid
  66. afstandhouder
  67. afstandmeting
  68. afstandseis
  69. afstandskinderen
  70. afstandslopers
  71. afstandsraket
  72. afstandsraketten
  73. afstandsshot
  74. afstandssignalen
  75. afstandstransporten
  76. afstandsvervoer
  77. afsteekbeitel
  78. afsteker
  79. afstelling
  80. afstem
  81. afstemming
  82. afstempeling
  83. afstoffen
  84. afstomp
  85. afstotelijk
  86. afstotelijkheid
  87. afstoting
  88. afstraffen
  89. afstraffing
  90. afstraling
  91. afstudeer
  92. afstudeerder
  93. afstuderenden
  94. afstuiving